Na het ontbijt dat voor de gelegenheid bestaat uit kant en klare pannenkoeken uit de vriezer die we in de koekenpan afbakken, vertrekken we naar de bushalte. Het is hier zo groots aangelegd dat je vanaf de parkeerplaatsen met gratis shuttlebussen naar Mont St. Michel kunt. De bussen rijden af en aan en zitten toch nog propvol.
Vol verwachting lopen we de laatste meters naar de stadspoorten. Het eiland ligt nu droog op een soort wad. Soms staat het hier helemaal onder water.
Binnen de muren ligt een prachtig gerestaureerd middeleeuws dorp. Er zijn nu vooral souvenirwinkels en restaurantjes te vinden. In de mensenmassa sjokken we voort, de steile klinkerpaadjes omhoog. Onverwacht lopen we nog een schoolkameraadje uit groep 2 tegen het lijf met zijn ouders. Grappig, tussen al die duizenden mensen bekenden zien.
We besluiten om ook de abdij de gaan bekijken. Dat kost 9 Euro pp. Gewapend met een Nederlandse routebeschrijving beklimmen we de honderden traptreden binnen in de enorme abdij. Al in het jaar 708 werd hier voor het eerst een heiligdom gevestigd ter ere van de aartsengel Michael. Vanaf begin jaren 1000 hebben benedictijner monniken het complex steeds verder uitgebouwd. Tot in de 19e eeuw is er aan doorgevoerd. Nu wordt het allemaal gerestaureerd en geconserveerd.
Het is prachtig en indrukwekkend. Ik ben niet katholiek maar die monniken weten wel hoe ze mooie bouwwerken neer moeten zetten.
De kinderen lukt het zelfs vrij goed om een uur lang niet hardop te praten en nauwelijks te rennen of springen. Knap hoor, terwijl ze er het grootste deel van de tijd niet veel aan vinden.
Na deze overdosis cultuur lunchen we bij een van de kleine restaurantjes in het dorpje met crêpes en baguettes.
Daarna nemen we de bus terug naar P8, de camper parkeerplaats. Het is inmiddels weer stralend weer en behoorlijk warm.
Na een kort werkoverleg besluiten we om nog even een paar uur flink door te rijden om nog iets zuidelijker te komen. Onderweg lees ik achterin voor uit Sjakie en de chocoladefabriek. Dikke pret voor groot en klein.
Om 6 uur zijn we op de geplande plek van bestemming. Camping Le Patisseau in Pornic aan de kust, ten westen van Nantes. De camping is met 60 Euro per nacht absurd duur maar we hebben de kinderen een zwembad met glijbaan beloofd en dat heeft deze. Na al dat reizen hebben ze dat wel verdiend.
Om half 7 spartelen we allemaal in het buitenbad. Jonathan vermaakt zich enorm al billenschuivend in het peuterbad. Hij kan nog niet staan omdat het gips zijn been in een onhandige hoek houdt en hij het ook niet durft te proberen.
Om kwart voor 8 worden we het zwembad uitgestuurd omdat het gaat sluiten en gaan we kokkerellen. Lekker rijst met zalm, prei en tomaat. Het is nog steeds heerlijk warm. Ik schrijf dit om half 11 in mijn zomerjurkje buiten in het halfdonker. Dat scheelt toch wel want tot gisteravond werd het ''s avonds altijd al vroeg fris. Vandaar onze keus om nog wat zuidelijker te gaan en met succes.
Reacties
Een reactie posten